Plan: | Dronten - Mechanisch Erfgoed Centrum (2031) |
---|---|
Status: | geconsolideerde versie |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0303.2031-ONH1 |
Een gezamenlijke visie op de toekomst van Dronten is nodig om de beleidsruimte goed te benutten. In de visie "Ontdek die ruimte in Dronten. Toekomstvisie 2025" is de gemeentelijke visie op de toekomst van de gemeente Dronten in 2025 weergegeven. Prognoses en verkenningen van de toekomst zijn onzeker, maar gezegd kan worden dat:
Een aantal trends kunnen voor Dronten negatief uitpakken zoals de afnemende bevolkingsgroei, de groei van het aantal arbeidsplaatsen die onder druk staat en de uitgaande pendel die toeneemt. Er zijn zeven ruimtebiedende perspectieven aangegeven om de toekomstvisie richting te geven:
Vele Drontenaren hebben werk gevonden in de sector toerisme en recreatie. Het uitgangspunt dat de provincie inneemt van 5% werkgelegenheidsgroei in deze sector is overgenomen door de gemeente.
In de visie komt naar voren dat onderzoek vooral gericht moet zijn op een beheerste groei naar 2025. Er moet bijvoorbeeld worden gekeken op welke locatie ruimtelijk goede mogelijkheden zijn voor uitbreiding met een enkele grootschalige toeristisch recreatieve attractie. Aandacht moet ook uitgaan naar landschappelijke waarden (zoals natuur en groen). Daarnaast moeten mogelijkheden op het gebied van verkeer en vervoer worden verkend. De kernwaarden van de gemeente Dronten en de promotie daarvan worden in een citymarketingstrategie nader uitgewerkt.
Conclusie
De voorgenomen ontwikkeling is overeenkomstig de beleidsopgave op het gebied van recreatie en toerisme. In dit bestemmingsplan is aangegeven hoe wordt omgegaan met de landschappelijke waarden en verkeer en vervoer. De Toekomstvisie leidt niet tot belemmeringen voor de voorgenomen ontwikkeling.
In de Beleidsnota Toerisme en Recreatie zijn trends weergegeven die van belang zijn voor de toeristische en recreatieve sector. De bevolkingssamenstelling verandert, communicatie verandert, mensen worden steeds veeleisender en zijn op zoek naar authenticiteit en belevenissen. Dit zijn allemaal factoren waar de toeristisch-recreatieve sector in Dronten rekening mee dient te houden. Tevens gaat de belevingseconomie een steeds groter onderdeel uitmaken van toerisme en recreatie. Consumenten willen in hun vrije tijd het liefst zo snel mogelijk bijzondere dingen beleven en onvergetelijke ervaringen opdoen, omdat tijd schaars is. Emoties, ervaringen, verhalen en fascinatie worden hierin steeds belangrijker. Door de groeiende mobiliteit is er een toename van leisure-projecten die vaak aan de rand van stedelijke gebieden ontstaan. Daarnaast treden nieuwe spelers tot de markt toe die tegelijkertijd in meer behoeftes van de klant kunnen voorzien. Door de komst van alle thematisering kunnen consumenten weer "echte" dingen zien en beleven. De belangstelling voor alles wat oprecht en authentiek is, neemt toe. Dronten zou hier bijvoorbeeld op zijn historie als nieuw land kunnen inspelen. Zeker voor buitenlanders is "nieuw land" heel bijzonder.
De verwachting is dat de West-Oost as te maken krijgt met een groeiende dynamiek als gevolg van de uitdijende Randstad, de diverse belangen op de Veluwe en de ontwikkeling van de netwerkstad Zwolle-Kampen. Door de aanleg van de Hanzelijn en de eerste fase van de N23 tussen Lelystad en Dronten worden nieuwe eisen gesteld aan de inrichting, functionaliteit en bereikbaarheid van het gebied. Vanuit diverse hoeken van het land is Dronten snel bereikbaar. De centrale ligging in Nederland maakt dat afstanden tot bevolkingsconcentraties beperkt zijn.
Recreatie en toerisme zorgen voor werkgelegenheid en een regionaal inkomen. De aanwezigheid van toeristische voorzieningen zorgt vaak voor andere bestedingen in de kernen, waardoor de winkelvoorzieningen en horecavoorzieningen ten opzichte van de lokale bevolking relatief groot zijn. Echter, in Dronten worden deze kansen niet optimaal benut. Dit wordt bemoeilijkt door de afstanden tussen de kernen en de toeristisch-recreatieve concentratie langs de randmeren.
In de relatie tussen natuur en recreatie zijn mogelijkheden voor ontwikkelingen indien de blijvende gunstige staat van instandhouding voor soorten en habitats gegarandeerd is. Dit betekent dat maatschappelijke en ecologische ontwikkelingen elkaar niet hoeven te belemmeren, maar elkaar ook kunnen versterken. De natuurlijke omgeving is een belangrijke voorwaarde voor de toeristen/recreanten om naar een gebied te komen. Het beste zou dus zijn om te streven naar een goede en mooie natuur die aantrekkelijk is voor de recreant. Nieuwe ontwikkelingen zullen dus zeker ook de natuur erbij moeten betrekken. Voor toeristisch-recreatieve ondernemers is het in ieder geval zeer belangrijk om de natuur in een vroeg stadium bij eventuele ontwikkelingen of ontwerpen te betrekken. In het geval van de ontwikkeling van het MEC is ook reeds in een vroeg stadium onderzoek gedaan naar de mogelijkheden voor de ontwikkeling mede gelet op de natuurwaarden.
De visie zet in op een sterkere toeristisch-recreatieve sector in de gemeente. De kracht van het toeristisch-recreatieve product van Dronten bestaat uit een combinatie van ruimte, water, groen en de aanwezigheid van diverse dagrecreatieve voorzieningen, recreatieve routes en het ruime aanbod aan verblijfsaccommodaties.
De centrale ligging van Dronten in Nederland in combinatie met de ruimte en de eerder genoemde kwaliteiten zorgen ervoor dat de gemeente Dronten een interessante plaats is om een toeristisch-recreatief bedrijf te vestigen. In de gemeente zijn kansen voor vestigingsmogelijkheden en -ruimte voor nieuwe toeristisch-recreatieve initiatieven. Met name diversiteit ten opzichte van het bestaande aanbod wordt aangemoedigd evenals nieuwe initiatieven die onderscheidend zijn. Bij de vestiging van een nieuwe toeristisch-recreatieve ondernemer zal er rekening gehouden moeten worden met het landschap en de omgevingskwaliteit.
Het MEC speelt in op de trends in de recreatie en het toerisme. Bij de ontwikkeling van het MEC staat de beleving van erfgoed centraal, zowel het mechanisch erfgoed, oude ambachten als de cultuurhistorie van het gecreëerde land en worden in werkelijkheid gezien. Ook wordt vertoond hoe dit erfgoed zich heeft ontwikkeld waardoor het MEC ook een educatieve functie heeft. De locatie van het MEC betreft een reeds bestaande bebouwde locatie. Bij de ontwikkeling wordt ingezet op een verbetering van de natuurwaarden en de ruimtelijke kwaliteit op het terrein en in relatie tot de omgeving. Het plangebied is goed bereikbaar vanuit diverse regio's. In het kader van dit plan heeft een integrale benadering plaatsgevonden van de ontwikkeling in relatie tot de omgevingskwaliteiten.
Conclusie
De voorgenomen ontwikkeling is een verrijking van het recreatieve aanbod van de gemeente. Vanuit het toeristisch-recreatieve beleid zijn geen specifieke belemmeringen weergegeven in relatie tot de voorgenomen ontwikkeling.
In 1997 is door de gemeente Dronten een structuurvisie opgesteld tot 2020. Deze visie is inmiddels enigszins verouderd, maar hier zullen toch de hoofdlijnen en de beleidsrichtingen voor de betreffende locatie worden beschreven.
Aan de Structuurvisie liggen de volgende uitgangspunten ten grondslag:
Veel van de groenstructuur in Dronten is geconcentreerd langs de Lage Vaart. De Lage Vaart zelf behoort ook tot een landschappelijke structuur. De Structuurvisie gaat uit van behoud en mogelijk versterking van de landschappelijke structuren en landschappelijke kwaliteiten. De landschappelijke structuren in de vorm van de bosstrook en de vaart zijn in dit bestemmingsplan als zodanig bestemd en daarmee beschermd.
Voor de kern Dronten wordt gericht op handhaving van de bestaande bos- en groengebieden. De Lage Vaart is van belang voor de versterking van de groenstructuur. Veel bestaande groene en recreatieve voorzieningen zijn al gekoppeld aan de Lage Vaart, zoals het Wisentbos, een camping, en het sportcomplex. Door verbetering van de (fiets- en loop)routes en een samenhangende aantrekkelijke, parkachtige inrichting van de oevers van de vaart kan zich hier één van de dragers van de groenstructuur van Dronten ontwikkelen.
Conclusie
De structuurvisie biedt mogelijkheden voor versterking van de bestaande groenstructuren. Aangegeven is dat de Lage Vaart zich hierbij kan ontwikkelen tot een drager van de groenstructuur. De ontwikkeling van met MEC aan de Lage Vaart versterkt de recreatieve functie van de groenstructuur.
Voor de gemeente Dronten wordt een nieuwe Structuurvisie opgesteld. De gemeente heeft ervoor gekozen het Structuurvisieproces in twee fasen te splitsen, namelijk de eerste fase voor het opstellen van een Koersnotitie en de tweede fase voor het opstellen van de eigenlijke Structuurvisie. De Koersnotitie is in juni 2011 aangenomen door de gemeenteraad.
In het Koersdocument zijn op basis van de analyse van de historische ontwikkeling, de inventarisatie en de analyse van de kwaliteiten en knelpunten verschillende kansen gesignaleerd. Om de kansen te kunnen benutten, zal in het kader van de Structuurvisie ook een aantal keuzes gemaakt moeten worden.
Gebleken is dat momenteel relatief weinig toeristen vanuit de Randmeerzone naar Dronten, Biddinghuizen en Swifterbant komen. Om meer toeristen naar Dronten te trekken, kan ingezet worden op het realiseren van nieuwe recreatieve trekkers. Door vooral in te zetten op recreatieve voorzieningen bij slecht weer kunnen de kernen een goede aanvulling bieden op het recreatieve spectrum van de oostrand.
Onder andere behoefte aan afwisselende en meer beschutte routes door de polder: als ommetje vanuit de kernen, tussen de kernen onderling en tussen de kernen en de Randmeerzone. Door natuurontwikkeling ontstaat een meer afwisselend landschappelijk beeld, wat aantrekkelijk is voor extensieve vormen van recreatie zoals fietsen en wandelen. Natuurontwikkeling langs watergangen als de Hoge en Lage Vaart kan eenvoudig gecombineerd worden met recreatieve routes (fiets- en wandelpaden).
Het unieke en kenmerkende landschap van de provincie Flevoland moet zichtbaar zijn en op een aangename wijze worden beleefd. In de zones rondom de kernen kan gezocht worden naar mogelijkheden voor de ontwikkeling van overgangen tussen de kernen en het buitengebied, waardoor de kernen meer vervlochten raken met het landschap. Hierbij kan in de verschillende kernen worden aangehaakt op bestaande structuren, zoals bij de Lage Vaart (Dronten) en de bestaande groenstructuren door deze sterker beleefbaar te maken als verbinding tussen kern en buitengebied door een betere ontsluiting met bijvoorbeeld fiets- en wandelpaden. Er liggen kansen om zo aantrekkelijke ommetjes te creëren vanuit de kernen.
Dronten is al ver in de ontwikkeling van een duurzame gemeenschap. De ambities op dit front zijn hoog. Indien een vorm van duurzaamheid gevonden kan worden, die ook zijn weerslag heeft op de identiteit, dan is dit ook positief voor de aantrekkingskracht van Dronten. De gemeente staat positief tegenover duurzame inrichtingsmaatregelen. Duurzaamheid kan / moet breder - in alle geledingen van de maatschappij - worden opgepakt. Daarbij zijn juist kleinschaligheid, maatwerk en "contextrijk" ontwikkelen belangrijk.
Dronten kan relatief gemakkelijk beschikken over grond om uit te breiden. Het gebrek aan schaarste heeft echter ook een keerzijde, er zal namelijk minder tijd, geld en energie gaan naar het oppakken van herstructureringsvraagstukken. Voor ruimtelijke kwaliteit kan het echter wel belangrijk zijn om gebieden met een gebrek aan identiteit en toekomstwaarde te herontwikkelen.
De ontwikkeling van het MEC sluit aan bij de recreatieve behoefte van de gemeente. Middels de ontwikkeling wordt een nieuwe recreatieve trekker gerealiseerd, die niet afhankelijk is van de weersomstandigheden. Ook wordt een goede aanvulling geboden op de recreatie in de oostrand en kan het bezoekers richting de kern Dronten trekken. De locatie maakt onderdeel uit van recreatieve routes. Ook kan gemakkelijk een ommetje worden gemaakt vanuit de kern Dronten.
Middels het MEC wordt tevens het kenmerkende landschap op een unieke wijze getoond.
Voor wat de herstructureringsvraagstukken betreft wordt in het Koersdocument voornamelijk gefocust op woonlocaties en bedrijventerreinen. In het voorliggende geval van de voormalige groenvoorziening is dit echter ook het geval. Ingezet wordt op herontwikkeling waardoor een verbetering van de ruimtelijke kwaliteit plaatsvindt.
Conclusie
De voorgenomen ontwikkeling sluit aan op het beleidsstuk. De ontwikkeling biedt een unieke aanvulling op het recreatieve aanbod. Tevens vindt een sterke verbetering plaats van de ruimtelijke kwaliteit op het terrein.
Het beleid voor detailhandel in de gemeente is uitgewerkt in deze detailhandelsnota. Ingezet wordt op een sterke en heldere detailhandelsstructuur. Rekening moet worden gehouden met de ingang gezette versterking van de bestaande centra in de drie gemeentekernen. De prioriteit ligt bij de gezonde ontwikkeling van deze centra, met Dronten-Centrum voorop. Ook zijn er mogelijkheden voor detailhandel op twee concentratiegebieden buiten het centrum.
Bij de voorgenomen ontwikkeling van het MEC wordt slechts ruimte geboden aan detailhandel indien het ten dienste is van het hoofdconcept. Een voorbeeld kan zijn "oude ambachten van ter plekke gemaakte producten". Het is niet de bedoeling dat reguliere detailhandel zich op de locatie gaat vestigen. Ook moet de detailhandel niet concurrerend zijn ten opzichte van detailhandel in de kern van Dronten en omgeving (zie bijvoorbeeld het beleid uit de gemeentelijke structuurvisie). Het MEC ligt nabij de kern Dronten. Het is te verwachten dat bezoekers van het MEC hierdoor ook een bezoek brengen aan Dronten en dat de detailhandel hiervan profiteert.
Conclusie
De ontwikkeling is geen belemmering voor de beleidsopgaven vanuit detailhandel, aangezien bij de ontwikkeling geen reguliere detailhandel concurrerend aan het aanbod in de kern wordt mogelijk gemaakt. De verwachting is dat bezoekers van het MEC ook een bezoek brengen aan de kern Dronten en dit positief is voor de detailhandel in de kern.