direct naar inhoud van Artikel 6: Wonen
Plan: Biddinghuizen - De Graafschap Fase 1 (4041)
Status: vastgesteld
Plantype: uitwerkingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0303.4041-0ONH

Artikel 6: Wonen

6.1. Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. het wonen, al dan niet in combinatie met:
    • 1. ruimte voor een aan-huis-verbonden beroep;
    • 2. maatschappelijke voorzieningen, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van wonen - boerderijkavel";
    • 3. kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten, zoals genoemd in bijlage 1 of welke naar de aard en invloed op de omgeving hiermee vergelijkbaar zijn, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van wonen - boerderijkavel";
    • 4. kleinschalige dienstverlenende bedrijven, zoals genoemd in bijlage 2 of welke naar de aaard en invloed op de omgeving hiermee vergelijkbaar zijn, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van wonen - boerderijkavel";

met de daarbijbehorende:

  • b. aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen;
  • c. tuinen, erven en terreinen;
  • d. openbare nutsvoorzieningen;
  • e. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
6.2. Bouwregels
6.2.1. Gebouwen:

Voor het bouwen van gebouwen geldt de volgende regel:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. in afwijking van het bepaalde in sub a mogen ter plaatse van de aanduiding "bijgebouwen" aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen buiten het bouwvlak worden gebouwd, met dien verstande dat ter plaatse geen geluidsgevoelige aan- of uitbouwen mogen worden gebouwd.

6.2.2. Hoofdgebouw

Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:

  • a. als hoofdgebouwen mogen uitsluitend woningen worden gebouwd;
  • b. indien een hoofdgebouw vrijstaand of twee-aaneen wordt gebouwd zal de voorgevel van het hoofdgebouw ten minste 2,00 m vanaf de naar de tuin gekeerde bouwgrens worden gebouwd;
  • c. de voorgevel van een hoofdgebouw zal ten hoogste 5,00 m vanaf de tuin gekeerde bouwgrens worden gebouwd;
  • d. de oppervlakte van een hoofdgebouw zal:
    • 1. indien hoofdgebouwen vrijstaand worden gebouwd ten hoogste 150 m² bedragen;
    • 2. indien hoofdgebouwen twee-aaneen worden gebouwd ten hoogste 120 m² bedragen, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding "afwijkende oppervlakte hoofdgebouw (m2)" de oppervlakte van een hoofdgebouw ten hoogste de ter plaatse van de aanduiding aangegeven oppervlakte zal bedragen;
    • 3. indien hoofdgebouwen meer dan twee-aaneen worden gebouwd ten hoogste 100 m² bedragen;
  • e. de afstand van hoofdgebouw tot de zijdelingse perceelgrens zal:
    • 1. indien hoofdgebouwen vrijstaand of twee-aaneen worden gebouwd ten minste 2,50 m bedragen;
    • 2. indien hoofdgebouwen meer dan twee-aaneen worden gebouwd ten minste 1,00 m bedragen;
  • f. de maatvoering van een hoofdgebouw dient te voldoen aan de eisen die zijn gesteld in de in het bouwvlak opgenomen matrix.

6.2.3. Aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen

Voor het bouwen van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:

  • a. aan- en uitbouwen, niet bedoeld erkers, bijgebouwen en overkappingen zullen ten minste 3,00 m achter de voorgevel van het hoofdgebouw dan wel in of achter het verlengde daarvan worden gebouwd;
  • b. de gezamenlijke oppervlakte van de aan- en uitbouwen, de bijgebouwen en de overkappingen per woning zal ten hoogste 60 m² bedragen, mits ten minste 50% van de oppervlakte van het erf onbebouwd blijft;
  • c. de afstand van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen tot de zijdelingse bouwperceelgrens zal bij vrijstaande hoofdgebouwen minimaal 0,50 m bedragen;
  • d. de goothoogte van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen zal ten hoogste 3,00 m bedragen;
  • e. de dakhelling van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen zal ten hoogste 60° bedragen;
  • f. de diepte van aan- en uitbouwen of een aan het hoofdgebouw gebouwde overkapping zal, gemeten van de van de weg gekeerde gevel (achtergevel), ten hoogste 4,00 m bedragen.

6.2.4. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet zijnde overkappingen, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 2,00 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel ten hoogste 1,00 m zal bedragen;
  • b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste 3,00 m bedragen.

6.3. Nadere eisen

Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. de woonsituatie;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.

6.4. Ontheffing van de bouwregels
6.4.1. Ontheffingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van:

  • a. het bepaalde in lid 6.2.2. sub f en toestaan dat de goothoogte van een hoofdgebouw wordt vergroot, mits:
    • 1. deze ontheffingsbevoegdheid uitsluitend wordt toegepast ter plaatse van de aanduiding "wro-zone - ontheffingsgebied";
    • 2. de goothoogte van een hoofdgebouw ten hoogste 7,00 m zal bedragen.

6.4.2. Voorwaarden:

De in lid 6.4.1 genoemde ontheffing kan uitsluitend worden verleend, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan:

  • a. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de woonsituatie;
  • c. de verkeersveiligheid;
  • d. de sociale veiligheid;
  • e. de milieusituatie;
  • f. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden c.q. bouwwerken.

6.5. Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van vrijstaande bijgebouwen voor bewoning of een aan-huis-verbonden beroep;
  • b. het gebruik van gebouwen voor geluidsgevoelige aan- of uitbouwen, ter plaatse van de aanduiding "bijgebouwen";
  • c. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van bedrijfsdoeleinden anders dan ten behoeve van een aan-huis-verbonden-beroep, met uitzondering van:
    • 1. maatschappelijke voorzieningen, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van wonen - boerderijkavel";
    • 2. kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van wonen - boerderijkavel";
    • 3. kleinschalige dienstverlenende bedrijven, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van wonen - boerderijkavel";
  • d. het gebruik van gedeelten van de woning voor het uitoefenen van aan-huis-verbonden beroepen, indien:
    • 1. de hieruit voortvloeiende activiteiten vergunningplichtig zijn in het kader van de milieuwetgeving;
    • 2. het beroep niet wordt uitgeoefend door de bewoners van de woning;
    • 3. de maximum oppervlakte meer bedraagt dan 40% van het vloeroppervlak van de woning;
    • 4. de maximum bedrijfsvloeroppervlakte meer dan 60 m² bedraagt, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding "maximum bedrijfsvloeroppervlakte (m2)" de maximum bedrijfsvloeroppervlakte ten hoogste de ter plaatse aangegeven oppervlakte mag bedragen;
    • 5. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
    • 6. horeca en/of detailhandel plaatsvindt.